Plaatsen: |
|
Mumbai, Delhi, Agra |
Lokale tijd: |
|
|
Periode: |
|
21-11-2009 tot 20-12-2009 |
|
|
Eind 2009 moest ik vier weken voor mijn werk naar Mumbai. Tijdens mijn verblijf kreeg ik ook nog de kans om wat van het land te zien.
Vr 20 nov
Beetje gestresst geraakt bij het inpakken, alles moet natuurlijk weer op het laatst (hoofdpijn, letterlijk en figuurlijk).
Met de trein naar Schiphol, daar overnacht in een hotel dat waarschijnlijk boven het bedrijfsbudget is.
Za 21 nov
Reis verloopt soepel, in het vliegtuig heb ik geen buurman/vrouw, daardoor wat meer ruimte.
Uit de terminal komen op het vliegveld van Mumbai is een langdurige kwestie met veel bureaucratie. Maar geen problemen, de taxi is snel gevonden en we zijn vlot bij het hotel.
Om 02:00 lokale tijd gaan slapen, in nederland is het dan 21:30 en nog steeds 21 nov.
Wel nog steeds hoofdpijn.
Zo 22 nov
Goed geslapen, met de AC (geeft een teringherrie) uitgeschakeld en de fan aan het plafond in de laagste stand is de warmte net uit te houden.
Als ontbijt kies ik omelet, dat is tenminste gebakken en dus redelijk vrij van bacteriën. Ik drink water uit een zelfgeopende fles, maar ze probeerden me aanvankelijk wel leidingwater aan te smeren. Gezond blijven is hier een dagtaak.
Vandaag één mug gezien, in het hotel, toch maar ingesmeerd met DEET.
Vanmiddag een wandeling in de buurt gemaakt, ik had geen zin in meteen alweer een lange autorit naar een of andere bezienswaardigheid. Hoofdpijn is gelukkig over.
Langs de weg bananen gekocht, een dozijn (ze zijn niet zo groot) voor Rs 30. In de Lonely Planet stond Rs 25, dat verschil wilde ik niet moeilijk over doen. Ik vond ook nog een supermarktje, waar ik Cola Light (heet hier Diet Coke) kon kopen. Doodt eventuele bacteriën in je maag volgens een onderzoek van de Universiteit in Wageningen, zo werd mij verteld bij de GGD in Groningen.
Ik wordt nauwelijks lastig gevallen door bedelaars en Tuk-tuk-(heet hier Autoriskja volgens LP)-chauffeurs. Ze zijn hier kennelijk niet zo ingesteld op toeristen. Ben ik trouwens ook niet.
‘s Avonds krijg ik in het hotel een prima vegetarische maaltijd. Een collega die hier eerder logeerde, durfde hier niet te eten, maar ik durf het wel aan. Ik ben wel spaarzaam met de koude groente die er bij zit en na de maaltijd neem ik natuurlijk nog maar een blikje Diet Coke.
Vlak naast het hotel gaat de buurt-DJ helemaal los met keihard dreunende Indiase Dance. Ook hoor ik hier en daar een klap vuurwerk. Kan met Google niets vinden over een eventuele feestdag hier. Gelukkig is het om 23 uur stil.
Ma 23 nov
De dag begon alweer met muziek, nu liep er hier een Indiaas dweilorkest door de straat.
De werktijden liggen hier wat later dan bij ons, daar was ik al voor gewaarschuwd. Maar de door mijn werkgever geregelde taxi stond “al” om 9 uur voor de deur, dus was ik om 9:30 uur op kantoor. Iemand was speciaal vroeger gekomen om me op te vangen.
Ik dacht dat het hier warm zou zijn, maar ik heb het bijna de hele dag koud gehad door de AC’s in de taxi en op kantoor.
De dag eindigt ook weer met herrie: ze staan bij het hotel met een drilboor in de weg te hakken. Eigen schuld, had ik maar niet zo vroeg naar huis moeten gaan (om 17 uur), maar ik vond het lang genoeg voor zo’n eerste dag. Op kantoor is er trouwens ook constant lawaai van op volle toeren draaiende AC.
Na de lunch werd me gevraagd of ik mee ging een stukje te wandelen. Dat was dus naar de uitgang van het terrein, omdat je op het terrein zelf niet mag roken. Het langsrazende verkeer zorgde dat mijn oren opnieuw niets te kort kwamen.
Di 24 nov
Vanmorgen werd ik gewekt door de wegwerkers die alweer vroeg aan de slag waren. Toen ik wegreed met de taxi zag ik dat ze de weg plaatselijk inderdaad volledig hadden weggewerkt, er rest alleen een diep gat.
Een collega had een tijdje geleden dengue opgelopen. Dat resulteerde in bijna een week ziekenhuis en daarna nog drie weken thuis bijkomen. Als mij zoiets overkomt, is het dus meteen einde van de klus hier. De muskieten die dengue overbrengen zijn overdag actief. Elke morgen smeer ik daarom mijn onbedekte lichaamsdelen in met 50% DEET, dat 10 uur bescherming geeft. Je hebt DEET in verschillende concentraties, hoe sterker, hoe langer het werkt. 50% procent is het sterkste wat er te krijgen is, een nog hogere concentratie is vermoedelijk te irriterend voor de huid. Ook met 50% moet je goed oppassen dat je het niet in je ogen of op je lippen krijgt.
Heb je overdag de denguemuggen overleefd, dan komen ‘s avonds de malariamuggen. Dus eigenlijk moet je dan opnieuw smeren, maar mijn hotelkamer is op de vijfde verdieping en zo hoog schijnen ze niet te vliegen. Beneden in de eetkamer heb ik er vandaag voor de tweede keer sinds mijn verblijf hier eentje gezien.
Om iets meer te synchroniseren met de collega’s heb ik aan de taxichauffeur gevraagd, mij vandaag om 18:00 uur op te pikken. Volgens een collega zou ik dan nu het “rush hour” meemaken, gisteren waren we net voor de drukte. Maar volgens mij heeft het weinig uitgemaakt, het scheelde misschien vijf minuten.
Wo 25 nov
Mijn taxi was vanmorgen weer netjes op tijd bij het hotel om me op te halen. Ik ben blij dat ik hier niet zelf hoef te rijden. Verkeersregels gelden hier niet, iedereen rijdt gewoon door tot hij niet verder kan. Omdat ze hier links rijden, heeft officieel verkeer van links dus voorrang, maar niemand trekt zich daar iets van aan. Als de ander, onverschillig van welke richting die komt, voldoende tijd heeft om voor jou te remmen, dan kun je gewoon de weg oprijden. Rijdt het verkeer op de weg die je op wilt in file, dan schuif je gewoon telkens tussen twee auto’s een heel klein stukje naar voren, tot ze je niet meer kunnen ontwijken en dus wel moeten stoppen. Voetgangers, fietsers en tuk-tuks -de driewielige tweetakten- kun je ook overal verwachten. Omdat op de meeste plaatsen als gevolg van de drukte vrij langzaam wordt gereden, kun je als voetganger toch ongeschonden de overkant bereiken, als je brutaal genoeg bent.
Er wordt hier veel meer geclaxonneerd dan in Nederland. Wel met het verschil dat bij ons voornamelijk volkomen zinloos wordt getoeterd, omdat iemand zich moet afreageren die meent dat een ander hem had moeten laten voorgaan, terwijl het hier betekent: “pas op, ik kom eraan” of hooguit: “je staat in de weg!”. Vrachtwagenchauffeurs stellen het zelfs zeer op prijs dat overige weggebruikers hun aanwezigheid kenbaar maken, want achter op bijna elke vrachtwagen staat: HORN PLEASE.
Mijn chauffeur moet elke dag eerst twee uur reizen met tuk-tuk, trein en bus om de auto bij zijn werkgever op te halen en daarna mij. Als hij mij op kantoor heeft afgeleverd, hangt hij de hele dag een beetje rond in de buurt, tot hij mij weer op de afgesproken tijd komt oppikken. Slechts af en toe heeft zijn baas tussendoor nog een ander klusje voor hem.
Omdat ik nu tot 18 uur werk, is het al donker als we terug gaan. Straatverlichting kennen ze hier nauwelijks, slechts één gedeelte van onze route is verlicht en dat is volgens mijn chauffeur een privé weg, die is aangelegd door de bouwers van de nabijgelegen kantoren. In donker is het rijden hier nog hachelijker dan overdag: je wordt verblind door je tegenliggers, menigeen rijdt met gebrekkige of geen verlichting en de voetgangers, ook nog steeds in groten getale op de weg, zijn natuurlijk helemaal niet verlicht. Gelukkig weet mijn chauffeur precies waar de gaten in de weg zitten, want behalve op het overige verkeer moet je ook daar nog heel alert op zijn.
Behalve straatverlichting zijn ook verkeerslichten hier zeldzaam. Hier en daar staat een agent wat te regelen, maar we zien er ook een die gewoon staat te kijken hoe de boel bijna vastloopt. Wat aan mijn chauffeur de opmerking ontlokt, dat die man te beroerd is om voor zijn geld te werken.
Als we bijna weer bij het hotel zijn, blijkt dat ze nu ook aan de andere kant een gat in de weg aan het graven zijn. Ik vind het niet erg om het laatste stukje te lopen, maar mijn chauffeur staat er op om me precies voor de deur af te leveren en weet de auto nog net door de nauwe doorgang te persen.
Do 26 nov
Vandaag precies een jaar geleden werden hier in Mumbai vrijwel gelijktijdig een groot aantal terroristische aanslagen gepleegd. Mijn collega’s hier moesten toen een paar dagen thuis blijven tot het weer veilig was. Uit mezelf had ik dat niet zo gauw geweten, maar de krant DNA (Daily News and Analysis), die dagelijks terwijl ik nog in bed lig, geruisloos onder mijn kamerdeur wordt doorgeschoven, opent ermee. Op de TV die in de kantine aan de muur hangt gaat het over niets anders. Tevens staat daar een tafeltje met een foto van een aantal omgekomen politiemannen en foto van het monument van de onbekende soldaat dat in Delhi staat. Voor die foto’s staat een grote kom met kleurige bloemblaadjes waaruit je een handvol kunt pakken en voor beide foto’s kunt uitstrooien, om je medeleven met de slachtoffers te betuigen.
Het werk loopt nog niet echt soepel, maar de sfeer is hier echt prima. Allerlei zaken kosten hier nu eenmaal wat meer tijd dan we in Nederland gewend zijn en ik ben dan ook niet van plan om me daar heel erg druk over te maken.
Vr 27 nov
Alweer een week achter de rug hier, wat gaat de tijd toch snel. Vooral als je er flink wat van verknoeit.
Vanavond zijn we met een groepje collega’s naar een winkelcentrum gegaan dat “Nirmal Lifestyle” heet. De security is hier zo mogelijk nog strenger dan op kantoor: we moeten door een poortje -mannen en vrouwen gescheiden- en worden daarna nog eens handmatig gescand met een metaaldetector. In het winkelcentrum maakt een collega een paar foto’s met haar telefoon, maar ze wordt meteen door een beveiliger op de vingers getikt. Met hulp van de collega’s heb ik een voor hier normaal kledingstuk gekocht. Het heet Kurta -volgens het kaartje wat er aan hangt- en is een kruising tussen een overhemd en een jurk.
We eten in een restaurant in de buurt. Voor de keuze van de gerechten vertrouw ik net als op kantoor volledig op mijn collega’s, dat gaat altijd goed. Op kantoor betalen ze ook nog bijna altijd mijn lunch en de snack om een uur of vijf ‘s middags, dus nu trakteer ik maar eens een keer. Daarna brengt mijn taxichauffeur mij weer netjes naar het hotel en een paar collega’s kunnen ook gewoon een eindje mee.
Za 28 nov
Ik heb geregeld kunnen krijgen dat ik ook in het weekend de taxi kan gebruiken. Hoe het allemaal betaald wordt is nog niet duidelijk. Mijn chauffeur denkt dat het bedrijf direct de rekening aan het taxibedrijf betaalt. Ik wacht maar rustig af.
De chauffeur, een ontzettend aardige man, wil tevens mijn gids zijn, dus ik hoef ook niet zelf te bedenken welke bezienswaardigheden ik beslist niet mag missen. Ik wordt overal precies voor de deur afgezet en later weer opgepikt, ik hoef bijna geen stap te lopen. Bij de Gateway of India mag ik van de chauffeur beslist geen foto’s maken van mensen en ook geen snoepjes aannemen van vreemden, want dat geeft gegarandeerd moeilijkheden.
Het duurt bijna een uur voordat we in het centrum zijn (op werkdagen 1,5 uur) en onderweg stoppen we bij diverse souvenirwinkels. Hij drukt me op het hart om nergens iets te kopen en alleen maar de prijzen te bekijken en pas over een aankoop te beslissen als ik alle winkels gezien heb. Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan, want je wordt ontzettend onder druk gezet om toch iets te kopen. De prijzen gaan vanzelf omlaag en het is vandaag een feestdag voor een bepaalde religieuze groepering, dus volgens de verkopers moet ik nu mijn slag slaan. Af en toe is het moeilijk om nog beleefd te blijven.
In de “Hanging Garden” kan ik weer even op adem komen, want het zijn daar voornamelijk de Indiërs zelf die zich daar vermaken en het is een prettige plaats om even rustig rond te lopen zonder al te veel verkeerslawaai.
Op de terugweg bedenk ik dat het toch wel tijd wordt om wat te eten. Mijn gids/chauffeur weet natuurlijk wel snel een geschikt restaurant te vinden. Het is het goedkoopste tentje waar ik tot nu toe gegeten heb, alleen had ik hier nooit durven binnenstappen en ik denk dat ook mijn collega’s het niet goedgekeurd zouden hebben (misschien wel voor zichzelf, maar niet voor mij). Twee snacks -idli, hoefde gelukkig niet met de handen gegeten te worden- met twee koffie en een fles water kwam op Rs 70,- (minder dan een Euro).
Ik heb gisteravond in het winkelcentrum een USB-adapter voor de SD-kaartje van mijn camera gekocht, zodat ik nu eindelijk wat foto’s kan uploaden. Dat valt nog niet mee, want het internet in het hotel is behoorlijk traag.
Zo 29 nov
Vandaag ben ik samen met collega’s Rahul en Loveleen naar het centrum van Mumbai geweest. Nu geen echte toeristische/terroristische attracties zoals gisteren, maar een aantal plaatsen waar gewone indiërs ook heengaan: een markt, waar ik wat schoenen heb gepast (niet gekocht), het strand, waar Loveleen en ik even in de zee gestaan hebben (Rahul wilde niet) en een Krishnatempel. Dat laatste vond ik wel interessant, maar het was vooral leuk om te zien dat Rahul en Loveleen hier helemaal in hun element waren. Er wat gespeeld en gezongen, dat bekende liedje dus (stond in de zestiger jaren nog in de top 40), maar ook andere. De hoofdceremonie hebben we niet afgewacht.
We wilden het namelijk niet te laat maken, omdat de chauffeur een beetje ziek is. Hij had gisteren koorts en de dokter had hem gezegd te rusten. Dat vond ik wel vervelend om te horen, omdat hij nu voor mij in het weekend moest gaan werken. Sociale zekerheid kennen ze hier niet. Ongeveer 30% van de mensen die werken (of kunnen werken) betaalt belasting, dat is veel te weinig om wat voor uitkering dan ook te kunnen financieren. Van mijn collega’s begrijp ik dat ze paar ziektedagen per jaar mogen hebben -die wel meegenomen kunnen worden naar een volgend jaar als je ze niet gebruikt- en als je ziekte langer duurt, dan krijg je gewoon geen salaris.
Ik heb ook weer wat foto’s gemaakt, maar die kan ik niet uploaden voor het thuisfront, want de adapter is alweer stuk.
Ma 30 nov
Vanmorgen had Ismail -zo heet de chauffeur- een collega bij zich om de route te laten zien, zodat er een vervanger is voor het geval hij met ziekte thuis moet blijven. Zijn humeur leidt er niet onder, hij vraagt mij of ik een stukje wil rijden.
Vandaag moeten mijn collega’s een productie probleempje oplossen. Ze zijn zo driftig bezig, dat ze niet meer luisteren naar de aanwijzingen die ik probeer te geven. Na afloop druk ik ze op het hart, dat ze sneller kunnen werken als ze wat meer tijd nemen, omdat ze dan niet elke fout twee keer hoeven maken. Morgen nog maar eens herhalen.
Di 1 dec
Opnieuw een productieprobleem op te lossen voor mijn collega’s. Ze weten inmiddels behoorlijk wat en daardoor hoef ik niet meer voordurend hun hand vast te houden, maar dat betekent ook dat ze moeilijker in de goede richting zijn te sturen. We krijgen dus weer wat demonstraties van “haastige spoed is zelden goed” en het verschil tussen “niet zeker weten” en “zeker weten van niet”.
Om 18:00u hebben we wel een idee voor een oplossing, maar de uitvoering gaat niet soepel. Ik wil mijn chauffeur niet laten wachten, dus moeten ze het na een paar laatste aanwijzigen zelf zien te redden.
Wo 2 dec
Ismail heeft al dagenlang koorts en is vandaag eindelijk maar eens thuisgebleven. Zijn vervanger brengt me naar kantoor.
Eten uitzoeken blijft lastig. Ik heb al ontzettend veel verschillende dingen gegeten, maar ik kan al die namen niet onthouden, dus ik laat nog altijd iemand anders kiezen wat ik ga eten. Het enige gerecht dat ik ken is rijst met dahl, want dat is het enige diner dat het hotel op het menu heeft. Gisteren heb ik daarom maar weer een pizza laten bestellen. De vorige keer dat ik een pizza had besteld, deed de kok er twee lepels en een vork bij. Andere dingen worden weer opgediend met twee vorken en lepel, of twee lepels, enzovoort. Een mes krijg ik alleen als ik erom vraag. Alleen bij het ontbijt is dat de laatste dagen niet meer nodig.
Gisteren had ik een kleine pizza, die al in stukken was gesneden, zodat bestek helemaal niet nodig was. Handen zijn voor het overige ook een zeer veel gebruikt eetgereedschap, dat wordt weer wennen als ik straks terug ben in Nederland. Om eens een keer iets anders te eten dan dalh of pizza, ben ik vanavond voor het eerst zonder begeleiding in een restaurant gaan eten, op vijf minuten lopen van het hotel. Ik heb de ober mijn gerecht maar laten uitkiezen, en dat pakte prima uit. In het begin maakte ik me wel wat zorgen over de hygiëne bij de voedselbereiding hier, maar tot nu toe heb ik geen enkele onregelmatigheid in mijn spijsvertering gehad.
Na het eten koop ik aan de overkant van de straat in een klein telefoonwinkeltje -daar stikt het hier van- een nieuwe SD-kaartadapter voor Rs 100,-, een fractie van wat ik voor de eerste in het winkelcentrum moest betalen.
Do 3 dec
Door gedoe met mijn computer kan ik niet direct aan het werk, maar gelukkig heb ik de DNA weer bij me. Daily News and Analysis klinkt heel serieus, maar is het voornamelijk een roddelblad, met veel aandacht voor de escapades van celebrities. Vandaag is het precies 25 jaar geleden, dat meer dan 2.200 mensen ‘s nachts in hun bed kwamen te overlijden door een gifwolk uit de fabriek van Union Carbide in Bhopal (dat is dus geen roddel). De dagen erna nog eens meer dan 8.000 doden extra. De schadevergoedingen zijn nog steeds niet allemaal afgehandeld. Het valt niet mee om in dit land je recht te krijgen, al helemaal niet tegenover een multinational.
Op weg naar kantoor passeren we elke dag een stuk weg waarvan één helft is afgezet. “Work in progress” staat er op een bord, maar er is weinig activiteit te zien. Volgens Ismail -hij is nog steeds ziek- is er hier bij de wegenbouwers veel sprake van kartelvorming en worden de opdrachten onderling verdeeld om de prijzen op te drijven. Komt me bekend voor. Bouwen is hier hoe dan ook een vreemd bedrijf, want op een groot deel van de gebouwen groeit een soort gras van betonijzer, dat aangeeft dat er eigenlijk nog wat meer verdiepingen gepland waren. De muren zien er meestal behoorlijk verweerd uit, dus met de huidige crisis heeft het weinig te maken volgens mij. Vaak zitten er alleen op de benedenste verdieping wat kleine bedrijfjes, die deze ruimtes gekraakt lijken hebben. Kraken -schijnt in het Engels “encroachment” te heten- van openbare ruimte komt ook voor. In Colaba, het zuidelijk deel van Mumbai, hebben omwonenden na bijna 40 jaar procederen voorelkaar gekregen, dat de illegale bouwsels op een pleintje werden verwijderd.
Vr 4 dec
Op kantoor begin ik de dag weer met koffie en de krant. Uitsluitend omdat het inmiddels een gewoonte is geworden, want voor het eerst sinds mijn verblijf hier staat niets mij in de weg om direct aan de slag te gaan. De laptop is er en doet het goed, sinds ik de ontbrekende zaken geïnstalleerd heb en wat instellingen goed heb gezet.
Vandaag heb ik een groot deel van de dag niets te doen en op zulke momenten voel ik me nog steeds erg moe. De eerste week dacht ik dat het van jetlag kwam, maar de tweede week is het maar weinig beter geworden. Misschien heeft het iets met de werkomgeving te maken: geen ramen en constant gezoem van de AC. Eigenlijk hoor ik 24 uur per dag lawaai en ook daar ben ik niet aan gewend. Als we na de lunch even naar buiten gaan, is er weer verkeerslawaai, dat me ook op de heen en terugreis in de taxi vergezelt. In het hotel laat ik de AC zoveel mogelijk uit, maar ik hoor wel vrijwel constant de koelkast, ook ‘s nachts. Mijn buurman hier lijkt wel slechthorend, waardoor ik altijd van zijn TV programma’s mag meegenieten. Gelukkig is het geluidsniveau wat beschaafder geworden, sinds ik een keer vroeg of het wat minder kon, maar de muren lijken wel van papier voor wat betreft de geluidsisolatie. Het hotel staat in een vrolijke buurt, want er lijkt bijna elke dag wel iets te vieren, met luide muziek tot elf of twaalf uur ‘s avonds. Regelmatig wordt er ook nog vuurwerk afgestoken. Van de imam van de naburige moskee heb ik niet veel last, die hoor ik maar twee keer per dag een paar minuten. Na middernacht wordt het altijd wel rustiger, alleen ongeveer elk uur een blafconcert van een hond of drie, vier.
Za 5 dec
Aan Sinterklaas doen ze hier niet, ze zijn al in kerststemming. Het feestzaaltje vlakbij het hotel staat al halfvol met kerstbomen.
Vandaag hang ik weer de toerist uit en laat ik me door Mathias, de chauffeur, naar de ferry terminal bij de Gatway of India brengen. Daar neem ik een veerboot naar Elephanta Island. Iets meer dan een week geleden sloeg er in Bangla Desh weer eens een veerboot om, iets wat in India dacht ik ook wel eens gebeurt. Maar deze veerdienst bestaat uit heel veel kleine bootjes met ongeveer vijftig passagiers, die allemaal kunnen zitten. Het gevaar van kapseizen lijkt dus mee te vallen, ook omdat er vrijwel geen golven zijn, maar ik heb niet op het dak gekeken.
Het bootje legt aan bij een hele lange pier en daarna is er een lange trap naar het in de rotsen uitgehakte tempelcomplex, dat aan de god Shiva is gewijd. Voor mensen die slecht ter been zijn, rijdt er een minitreintje over de pier en zijn er tegen betaling draagstoelen beschikbaar. De trap is aan beide kanten omzoomd door stalletjes van souvenirverkopers, die natuurlijk extra aandacht hebben voor elke buitenlandse toerist.
De grotten, er zijn er vijf, zijn op zich wel interessant om te zien, maar het is voornamelijk vergane glorie. Geschat wordt dat de grotten ongeveer 600 na Chr. zijn uitgehakt en in de loop der jaren zijn er hier en daar wat stukjes van de beelden afgevallen. Of afgesloopt. Bijvoorbeeld door de Portugezen, die benieuwd waren hoe de echo van een paar kanonschoten zou klinken. Dat lees ik in het gidsje dat ik me heb laten aansmeren.
Eigenlijk vindt ik leukste van deze attractie dat ik eindelijk eens rustig een stukje kan wandelen zonder lawaai van verkeer en massa’s mensen. Vrijwel iedereen blijft bij de grotten hangen en gaat dan weer rechtstreeks naar de boot. Enkelen nemen nog de moeite om de Canon Hill te beklimmen, maar op de weggetjes naar de naburige dorpjes kom ik vrijwel helemaal niemand tegen, alleen een koe. Wat een verademing.
Naar een paar uur aanvaard ik de terugreis. Er zijn zoveel mensen en zoveel bootjes, dat je nauwelijks hoeft te wachten tot er weer een vertrekt. Het boottochtje is op zich wel leuk, maar de motor maakt wel een ontzettende herrie. Bij aankomst bel ik Mathias en hij komt binnen vijf minuten voorrijden. Hij wil de rit kennelijk goedkoop houden, want hij mijdt de tolbrug, waardoor het nog twee uur duurt in plaats van iets meer dan een uur, voordat ik weer terug in het hotel ben. Het is dan alweer donker.
Zo 6 dec
Vandaag zit ik gelukkig iets korter in de taxi dan gisteren, de rit naar het Sanjay Ghandi National Park duurt iets meer dan een halfuur. Net als op Elephanta Island zijn ook hier grotten te bezichtigen, de Kanheri Caves, die van Bhoeddistische oorsprong zijn. Bij de eerste twee kijk ik nog even binnen, maar het schijnen er 109 te zijn, dus de rest passeer ik iets vluchtiger en waarschijnlijk heb ik aantal helemaal niet gezien.
Veel leuker is het om wat heuveltjes te beklimmen voor mooie uitzichten en een stuk door de jungle te dwalen, zonder iemand tegen te komen.
Daarna denk ik nog even de andere attractie van dit park af te werken -dat is de Lion & Tiger Safari-, maar dat blijkt het vergissing, want het is ontzettend druk. Ik heb een hekel aan wachten, toch houd ik het nog 20 minuten uit in de rij. Dan ben ik ongeveer halverwege en vind ik het wel mooi geweest. Het duurt zeker nog een keer 20 minuten voordat ik een kaartje heb en of ik dan meteen de safaribus in kan is ook nog maar de vraag. Dat heb ik niet over voor iets waarvan nog het twijfelachtig is of het iets interessants oplevert om te zien. De bus is niet duur, Rs 30, maar als je wilt filmen of fotograferen, komt er nog Rs 500 bij.
Zodoende ben ik vandaag vroeg thuis en dat is ook niet erg voor de verandering.
Ma 7 dec
India is nummer één van de wereld geworden. In Nederland misschien geen voorpaginanieuws, maar hier wel. Zoals in Nederland de jeugd overal voetbalt, zo zie je hier de kinderen op allerlei braakliggende veldjes of gewoon op straat cricket spelen, wat dus uiteindelijk effect heeft op de nationale prestaties. Ik heb geen idee of hier verder veel gesport wordt. Vorige week was hier nog een “peace run”, maar daar las ik pas achteraf iets over. Het lijkt me niet gemakkelijk om hier regelmatig te trainen, zelfs voor fietsen en wandelen is al een behoorlijke dosis doodsverachting nodig, vooral in het donker. De straatverlichting is hier spaarzaam, dus rijden veel auto’s met groot licht, terwijl anderen, vooral de riksja’s, het met helemaal geen licht proberen. Vooral die combinatie is niet echt prettig.
Ik heb er niet echt veel problemen mee dat ik hier niet kan hardlopen, aangezien ik last van een blessure heb en het even rustig aan moet doen. Toch wil ik het deze week een keer gaan proberen, ‘s morgens vroeg als het net licht is lijkt de beste optie, dan is het licht en is er nog weinig verkeer.
De meeste mensen hier die genoeg geld voor eten hebben, zien er -net als in Nederland- uit alsof ze wel wat kilootjes kunnen missen. Vlak bij het hotel hangt een groot reclamebord met de belofte dat je binnen een bepaalde tijd zoveel procent van je gewicht kunt kwijtraken, daar wordt ook hier dus al geld mee verdiend.
Daarnaast zijn er natuurlijk ook nog genoeg die helemaal geen gewichtsproblemen hebben omdat ze zoveel eten gewoon niet kunnen betalen. Van de hele bevolking van Mumbai woont 60% in sloppenwijken.
Di 8 dec
En weer een enerverende dag achter de rug. Het grootste deel van de dag ben ik voor mezelf aan het werk geweest, dat kan hier kennelijk ook, tenminste, ik kan dat. In de eerste week kwam een collega met het idee om met mij naar Agra te gaan. Daar wonen zijn ouders en het zou heel leuk zijn die te ontmoeten. Echter de grootste bezienswaardigheid daar is natuurlijk de Taj Mahal, niet het hotel, maar de echte dus. Bij nader inzien had hij toch ineens andere dingen te doen, dus heb ik gisteren besloten om zelf dan maar een tripje te organiseren, van mijn leidinggevende mag ik een dag vrij nemen, zodat ik er een lang weekend van kan maken.
Het idee is om donderdagavond naar Delhi te vliegen en de volgende dag met een auto -met chauffeur natuurlijk- naar Agra te gaan. Dan zondagmorgen weer naar Delhi en daar vandaan maandagmorgen weer terug te vliegen naar Mumbai. Dat betekent dus twee vliegtickets, twee hotels en een auto boeken via internet via tergend trage sites. Daarbij bleek ook nog eens mijn creditcard niet geaccepteerd te worden. Na een telefoontje met de creditcardmaatschappij in Nederland kwam ik er achter hoe ik dat moest oplossen. Door al het gedoe was één van de vliegtickets ondertussen Rs 1000 duurder geworden. Door rechtstreeks bij de vliegmaatschappij zelf te boeken kon het gelukkig weer iets goedkoper worden.
‘s Avonds in het hotel moet ik moet nog even afwachten hoe laat ik kan gaan slapen, want de plaatselijke drumband staat weer eens te oefenen pal voor het hotel en ze meppen er behoorlijk op los.
Wo 9 dec
De drumband is gisteren gelukkig om elf uur gestopt, dus lukt het me om vroeg op te staan. Het hotelpersoneel is nog bezig zich aan te kleden, als ik tegen zeven uur naar buiten ga. Merkwaardig genoeg kijkt niemand op van een rare buitenlander in loopkleren. Na een kilometer of twee ga ik onder de Jogeshwari Vikroli Link Road door en daarna is er ineens geen bebouwing meer. Overal waar ik kijk is het groen. Het is voornamelijk onkruid wat ik zie groeien, maar toch heet het hier de Aarey Milk Colony.
Al gauw wordt duidelijk waarom ik niet opval: regelmatig kom ik een andere loper tegen en ik zie ook mensen wandelen in een outfit en met een tempo, dat doet vermoeden dat ze een poging doen om sportief bezig te zijn. Dit is waarschijnlijk een van de weinige plaatsen in de wijde omtrek die geschikt is voor dit soort activiteiten. Al is het niet zo druk als overdag, helemaal verkeersvrij is het ook niet, dus is het nog wel opletten.
Al val ik dan niet op wegens het hardlopen, dan toch zeker wel door mijn lengte, zou je denken. Nou, ook dat valt mee, Indiërs zijn gemiddeld wel kleiner dan Nederlanders, maar ze zijn er in alle soorten en maten. Hier in het hotel zitten er twee die weinig voor mij onderdoen. Ook schoenmaat 46 is hier geen probleem, zo heb ik al eerder ontdekt (ik heb ze niet gekocht, ze liepen niet lekker). Deze betrekkelijke anonimiteit verhoogt het vrijheidsgevoel nog eens extra.
Tegen acht uur ben ik weer terug in het hotel, de zon begint dan al weer warm te worden. Ik zal een kleine tien kilometer gelopen hebben. De rest van de dag voel ik mijn knieën wel weer wat meer, dus het sein om weer volop te gaan trainen kan nog niet op groen.
Op kantoor gaat opnieuw veel tijd verloren met het verder regelen van mijn tripje voor het komend weekend. Tergend traag lijken al die boekingssites, maar het kan ook net zo goed aan het bedrijfsnetwerk liggen. Ik had wel verwacht dat het een hoop gedoe zou zijn, maar als ik alles precies van te voren had geweten, was ik er misschien niet eens aan begonnen.
Do 10 dec
In de loop van de middag begin ik een beetje zenuwachtig te worden, omdat mijn vliegtuig al over een paar uur vertrekt. Meer dan een uur doen we erover om vanaf kantoor op de domestic airport te komen, gelukkig had ik op aanraden van een collega er 1,5 uur voor uitgetrokken. Het vliegtuig is twintig minuten te laat in Delhi, maar gelukkig heb ik snel een prepaid taxi, die mij even na 23:00 uur bij het hotel aflevert. Wat meteen opvalt is dat ze hier fatsoenlijke wegen hebben. Wat ook opvalt, is dat de taxichauffeur niet kan lezen, want we rijden bijna twee keer het hotel voorbij, waar de naam met grote neonletters op staat.
Vr 11 dec
Dit hotel heeft standaard gratis roomservice. Dit ontdek ik als ik op zoek ga naar het restaurant voor het ontbijt (er is dus geen restaurant). Ook is in het hotel een bureautje gevestigd dat sight seeing tours organiseert. Ze hebben een foldertje met alle plaatsen die worden aangedaan. Ik mag een exemplaar hebben, dat ik aan mijn chauffeur geef, die keurig om 10 uur arriveert. Het eerst gaan we naar een moskee, de Jama Mashid. Allemachtig, wat een enorm complex! Op dat moment weet ik nog niet dat die opmerking wel van toepassing is op alle bezienswaardigheden die we langsgaan.
Het meeste is in New Delhi, dat heel ruim is opgezet. Brede wegen, open vlakten, uitgestrekte gebouwencomplexen. Wat een enorm verschil met Mumbai, waar alles op elkaar gepropt zit!
De chauffeur lijkt een aardige kerel waar ik goed mee overweg kan. Alleen wordt ik wat minder enthousiast als hij me naar een restaurant brengt waar mijn lunch Rs 500,- kost, behoorlijk wat meer dan ik gewend ben op kantoor (meestal Rs 45,- of Rs 50,-). Voordat we naar Agra probeert hij me nog tegen mijn wil naar een gift shop te brengen, maar daar trap ik natuurlijk niet in. Als we om een uur of halfzes richting Agra vertrekken, blijkt ineens dat hij het adres van het hotel niet kan vinden. Daarom moet ik via een duur telefoontje dit nummer opvragen bij het boekingskantoor. Vervolgens blijkt het nummer niet bereikbaar. Gelukkig lukt het wel als we eenmaal in Uttar Pradesh zijn. “Welcome in Uttar Pradesh” staat er met een groot bord boven de weg. Een paar minuten later stoppen we: ik moet toeristenbelasting betalen, Rs 800,- voor drie dagen.
Maar goed, we vinden het hotel en ik kan om 22:30 ook nog dineren. De chauffeur probeerde me nog te bewegen naar een restaurant van zijn keuze te gaan, maar met de lunch in herinnering heb ik dat aanbod maar afgeslagen. Het diner was minder dan de helft van de lunch.
Za 12 dec
Vroeg opstaan, want we gaan om 6 uur naar de Taj Mahal. Het schijnt belangrijk te zijn om die met zonsopgang te zien. In elk geval is het nog lekker rustig. De stemming zit er al meeteen weer goed in, want Vinod, de chauffeur, heeft zijn vriend meegenomen die mij gratis gaat gidsen bij de Taj Mahal. Dit terwijl ik gisteren uitdrukkelijk heb gezegd geen gids te willen. Ten eerste kan ik me niet goed concentreren op wat ik zie als er constant iemand tegen me staat aan te praten, en ten tweede weet ik zeker dat hij achteraf om een tip gaat zeuren.
Vanaf het ticket kantoor (ticket a Rs 750,- waarvan Rs 500,- belasting voor de gemeente Agra) is het een paar honderd meter lopen naar de East Gate. Er rijden gratis bussen, maar ook drie soorten riksja’s (viertakt, fiets en elektrisch). Als vrijwel enige kies ik ervoor om dit stukje rustig lopen af te leggen (“It’s very far, Sir!”).
Het is inderdaad een adembenemend bouwwerk, zoals beloofd. Ik ben blij dat ik geen gids heb en vrij kan rondlopen, maar toch zijn er nog anderen die mij willen voorschrijven waar ik mijn foto’s moet maken. In het binnenste deel mag je geen schoenen dragen en is er een “free service” om er op te passen. Als ik mijn schoenen inlever, vraagt hij om een tip. Ok, de salarissen zijn hier nu in veel gevallen dusdanig dat je er zonder aanvulling van tips niet van kunt rondkomen. Als bij het afhalen weer om een tip vraagt, wordt het mij te gortig en wrijf ik hem onder de neus dat hij al wat gekregen heeft. “Ok, Ok sir, no problem, no problem”. Ja, proberen kan altijd natuurlijk. Gelukkig kom ik wel weer tot rust door de weidsheid van het hele complex.
‘s Middags is het tijd voor het Fort. Nog dichter bij het hotel dan de Taj Mahal, dus vandaag gelukkig niet zoveel autokilometers (in totaal hebben we er nu 300 km opzitten). Het fort omvat een groot aantal verschillende gebouwen complexen met tempels, tombes, mausolea en wat niet al. Telkens als je denkt dat je wel alles een beetje gezien hebt, is er in een hoekje weer een poortje waarachter zich dan weer een volgend complex openbaart. Alles is heel groots opgezet en toch ook heel gedetailleerd afgewerkt. Ik vond het Alhambra in Granada al heel indrukwekkend, maar dat steekt maar gewoontjes af bij wat je hier tegenkomt. Er treedt hoe dan ook een soort gewenning op, waardoor het zoveelste complex helaas wel wat aan grootsheid inboet. In de de verte kan ook nog een laatste blik op de Taj geworpen worden.
De rest van de middag breng ik door zonder chauffeur. Ik heb vele mooie dingen gezien, maar zo langzamerhand begin ik toch wel een beetje terug te verlangen naar Mumbai. Daar wordt je tenminste als mens gezien en niet alleen maar als geldmachine.
Zo 13 dec
‘s Morgens om acht uur vertrekken we weer richting Delhi. Op de heenweg was het donker, dus krijg ik nu te zien wat het uitzicht langs de weg is. Vinod heeft nog geen ontbijt gehad. dus stoppen we onderweg nog even bij een wegrestaurant. Ik heb in het hotel al ontbeten, maar ik eet toch een paar puntjes mee van, ja hoe heette dat ook weer. Ik probeer steeds te onthouden wat ik eet, maar het is elke keer weer wat anders. In elk geval heb ik nog niets gehad wat ik niet lekker vond.
Een groot deel van de route volgen we de autosnelweg of wat daar voor doorgaat. Dat kost een paar keer Rs 35 tol. Wat krijg je daarvoor zoal voor je wielen? Wel, naast de gebruikelijke driewielers, brommers, fietsers en wandelaars zijn dat: honden, ruiters, koeien -met of zonder begeleiding, we zagen nog ergens een in tweeën gereden kalf liggen-, een paar schaapskuddes en een keer een olifant. Deze medeweggebruikers maken niet alleen gebruik van de vluchtstrook, maar kunnen ook oversteken. Ongelijkvloerse kruisingen hebben ze hier niet.
Ook het begrip spookrijder schijnt hier niet gehanteerd te worden. Het is heel gewoon op plaatsen waar de vluchtstrook breed genoeg is, deze te promoveren tot parallelweg waarover je in Ongelijkvloerse kunt rijden.
Voor de rest ziet het wegbeeld er uit als in Nederland: de meeste vrachtwagens en bussen rechts, het snellere verkeer rijdt er links omheen. Dat inhalen van vrachtwagens is af en toe wel lastig, omdat het langzaamverkeer wel links houdt. Bij het inhalen moet je dus eigenlijk net zo alert zijn als op een tweebaansweg, waar je rekening moet houden met tegenliggers. En het kan ook nog gebeuren dat een vrachtwagenchauffeur plotseling in een helder moment bedenkt dat hij eigenlijk links moet houden. Al het voorgaande dus zonder gebruik van de richtingaanwijzer. De verlichting waar ‘s nachts wel royaal gebruik van wordt gemaakt is het grootlicht.
Berijders van motoren, brommers en scooters dragen wel eens een helm, hun passagiers -het kunnen er meerdere zijn- nooit. Ik probeer te bedenken welke voorstelling men hier heeft van een motorongeluk: berijder valt er af, passagiers blijven ongedeerd zitten?.
Wat ik ook nog moet zien te doorgronden is hoe bij een rood stoplicht de keuze wordt gemaakt tussen stoppen of doorrijden.
Om één uur ‘s middags zijn we weer terug in Delhi. Slechts één bezienswaardig heb ik nog op mijn lijstje: de Lotustempel. Loveleen had me deze aangeraden en bovendien heb ik er een foto van in de krant gezien, waardoor ik dit gebouw wel eens in het echt wilde zien. Helaas is de tempel alleen ‘s morgens open en daarna pas na vijf uur ‘s middags. Slechte planning dus, beter hadden we vrijdag iets anders kunnen overslaan en in plaats daarvan hierheen gaan voor ons vertrek naar Agra. Had ik me maar beter moeten voorbereiden, ik heb nu alles aan een ander overgelaten. Ik heb ook geen zin om vanmiddag weer twee keer een halfuur in de auto te gaan zitten, dus laat ik me naar het hotel brengen en nemen we afscheid.
Later op de middag nog een beetje de omgeving van het hotel verkend, maar er is hier niet veel bijzonders te zien. Gelukkig is er tegenover het hotel een internetcafé, waar ik dit verhaaltje kan schrijven.
Ma 14 dec
Air India raadt aan om twee uur voor vertrek aanwezig te zijn voor het inchecken. Een beetje overdreven voor een binnenlandse vlucht, maar ik neem toch maar het zekere voor het onzekere en daarom loopt de wekker af om 5:10. Een halfuur voor vertrek zit ik al in het vliegtuig, net als op de heenreis met voldoende beenruimte. Nu vlak achter de business class, vorige keer naast een nooduitgang. Tegen elf uur arriveer ik op kantoor en ik ben niet eens de laatste. Iedereen wil natuurlijk weten hoe ik het gehad heb.
Ja, wat moet je zeggen, het was fantastisch, eigenlijk niet onder woorden te brengen. Ik heb alleen een hoop mooie dingen gezien en verder niet zoveel beleefd.
Hetgeen wat ik heb beleefd was niet altijd even positief. Ik heb inmiddels een zo grote hekel gekregen aan opdringerige souvenirverkopers, dat ik waarschijnlijk alleen met mooie foto’s en herinneringen thuis kom.
En het gedoe met die tips kan ik ook maar moeilijk aan wennen. Iemand houdt de deur voor je open als je het hotel binnenkomt. Iemand steekt de sleutel van je kamer in het slot en draait hem om. Iemand draagt je rugzakje een paar meter. Iemand vertelt je wat je ziet. Iemand brengt je een handdoek, die er eigenlijk al gewoon had moeten zijn. Allemaal overbodige en ongevraagde dienstverlening, dus het betalen daarvoor is gewoon een vorm van liefdadigheid. Daarbij vindt ik het dan ook nog onmogelijk om vast te stellen wat een redelijk bedrag is voor een bepaalde “dienst”. Van het bedrijf in India heb ik een paar richtlijnen gekregen: Rs 100 voor een chauffeur of een kok, Rs 50,- voor een drager. Maar ik heb elke dag een chauffeur, moet ik die dan elke dag dat bedrag geven of één keer voor alle vier weken? Het gaat me niet om het geld, het zijn tenslotte maar flutbedragen, maar als je iemand overdreven veel geeft, is dat voor mijn gevoel weer oneerlijk voor zijn collega’s. Als je ergens eet, lijkt het gemakkelijk, je telt gewoon 15% bij de rekening op. Alleen heeft er nóóít iemand wisselgeld, dus wordt het automatisch een veelvoud van Rs 100. Kleingeld om aan een tassendrager te geven heb ik dus ook bijna nooit, omdat je overal gepast moet betalen en zo dus snel de biljetten van Rs 10 en Rs 50 kwijt bent. Om gek van te worden. Geef iedereen toch een fatsoenlijk salaris waarvan normaal te leven valt en verhoog de prijzen een beetje, dan zijn die tips overbodig.
Di 15 dec
Vorige week had ik een tijdje twee chauffeurs, omdat één van de auto’s in reparatie was. Vandaag is Ismail er weer alleen, bij hem voel ik me toch iets meer op mijn gemak dan bij Mathias, die erg slecht Engels spreekt. Gisteravond deden we meer dan een halfuur over de laatste paar kilometer, daarom nemen we vandaag een andere route. Die is iets langer, maar we hebben nu zowel heen als terug nauwelijks last van opstoppingen. Misschien is het terug ook iets rustiger omdat ik deze laatste dagen een uur langer werk. We kunnen nu ook gebruik maken van de straat vlakbij het hotel, want alle gaten zijn weer min of meer dichtgegooid, maar er is nog geen plaveisel. En ik heb het gevoel dat dat ook nog wel even kan duren.
Zowel in de DNA die ik hier in het hotel krijg als in de krant die ik in Delhi kreeg staat bijna elke dag wel iets over de escapades van golfer Tiger Woods. Ik vroeg me al een tijdje af, of er hier nu echt geen belangrijker zaken te bespreken zijn, dit land heeft bijvoorbeeld een groot armoedeprobleem. Daarover werd helemaal niets geschreven, tot vandaag. Volgens eerdere berichtgeving zou het gemiddelde percentage van de bevolking dat onder de armoedegrens leeft, zijn gedaald van 30% naar 27%. Ik had gedacht dat het hoger zou zijn en nu blijkt ook uit een nieuwe onderzoeksmethode, dat de 27% geldt voor stedelijke gebieden en dat het op het platteland 41% is, waarmee het gemiddelde op 37% komt. De redacteur van het stukje vindt wel dat dit onacceptabel is -ongeacht of het nu 37% of 27% is-, maar ideeën voor verbetering worden niet geopperd. De Mumbaikars komen er nog goed vanaf, met het hoogste gemiddelde inkomen van het land.
Het aantal telefoons is misschien ook een aardige indicatie. In dit land zijn een half miljard mobiele telefoons in omloop, ongeveer tien keer zoveel als het aantal vaste aansluitingen. De telefoondichtheid (vast of mobiel) in stedelijke gebieden is 97%, op het platteland 20%, meen ik me te herinneren uit de krant van gisteren.
Wo 16 dec
In Nederland regent en sneeuwt het, morgen zelfs een paar centimeter. Hier is een watertekort op komst. De meren die worden gebruikt voor de drinkwatervoorziening zullen voor het begin van de volgende moesson zijn opgedroogd, omdat er tijdens de vorige te weinig regen is gevallen. Daarom zal er binnenkort één dag per week geen water zijn. Ik vraag me af of dat helpt, want de dag ervoor wordt er natuurlijk gehamsterd. Veel (of de meeste?) gebouwen hebben een watertank op het dak, waarmee ze die dag vermoedelijk wel kunnen overbruggen.
Een ander probleem hier is het grote aantal ongelukken met luxe personenwagens, meestal door te hard rijden. De nouveau riche moet hier waarschijnlijk nog wennen aan het gebruik van een snelle auto met een goede wegligging, die gemakkelijk onder controle te houden lijkt te zijn, denk ik dan. Vandaag had een lezer van de DNA een aantal tips voor veilig rijden ingestuurd, waaronder: houd je aan de snelheidslimiet, houd afstand, gebruik je richtingaanwijzer en zorg voor goed onderhoud van je voertuig. Al die dingen zijn hier iets bijzonders.
Tot zover de krant en de koffie. Wat het werk betreft trekken we nog even een sprintje om vóór mijn vertrek nog zo veel mogelijk zaken af te werken.
Op de terugweg zit het verkeer weer eens tegen, waardoor de reis via de nieuwe route nu ook bijna een uur in beslag neemt. Ismail moet daarna nog de auto terugbrengen naar zijn werkgever en daarna nog twee uur reizen met het openbaar vervoer om thuis te komen. Ik vind het wel vervelend om te weten dat hij dat voor mij moet doen, maar voor mezelf ben ik blij dat ik weer in het hotel ben, want het was toch wel weer een lange vermoeiende dag.
Dat komt waarschijnlijk ook omdat ik vanmorgen al om halfzeven ben opgestaan om te gaan hardlopen. Ik was blij om weer eens buiten te zijn bij daglicht, want op een normale werkdag blijft dat beperkt tot het lunchwandelingetje. Ik heb nog iets langer gelopen dan vorige week. Mijn knieën deden achteraf ook weer pijn, maar wel minder dan vorige week, dus toch een kleine verbetering.
Do 17 dec
voor het eerst sinds ik hier ben voel ik me niet helemaal lekker. Ik zal wel iets verkeerds gegeten hebben, maar ik kan niet bedenken wat het geweest zou moeten zijn, want ik heb niets anders gegeten dan op andere dagen en ben alleen op kantoor en in het hotel geweest. In het begin was ik erg bang dat zoiets zou gebeuren, maar langzamerhand had ik het idee gekregen dat het wel wat meevalt met het gebrek aan hygiëne, als je je bepaalde regels houdt.
Juist voor vandaag hebben de collega’s bedacht om op cake te trakteren en mij een cadeautje te geven (een dingetje met lachende Boeddha’s). Dat gebak is natuurlijk mierzoet, maar het blijft gelukkig wel binnen. Het is zo ongeveer het enige dat ik vandaag eet, naast een paar koekjes. Vervolgens is er nog een tweede cake, want de verjaardagen van een paar collega’s waren nog niet gevierd. Zij krijgen allebei een overhemd.
Omdat ik me niet goed voel, houd ik het vandaag niet vol tot zeven uur en we besluiten om dan morgen maar wat eerder te starten om de verloren tijd in te halen. Dat wil dan zeggen tussen half elf of elf uur. Aangezien mijn begintijd nog steeds halftien is, heb ik nog ruim de tijd om dit stukje te schrijven. In het hotel duik ik meteen mijn bed in.
Vr 18 dec
Mijn laatste werkdag alweer. Die vier weken zijn voorbij gevlogen, maar dat is een overbodige opmerking, want zo gaat het altijd bij dit soort reisjes. Als je vertrekt lijkt het lang, maar voor je het weet zit je alweer thuis. Eigenlijk heb ik helemaal geen zin om terug te gaan, want het is akelig koud weer in Nederland. In de mail kreeg ik daarover een waarschuwing, maar het had ik het zelf ook al gezien. Morgen zelfs vijf graden vorst overdag!
Aan de andere kant zal het natuurlijk wel prettig zijn om mijn eigen huis weer eens te zien en allerlei dingen te doen die hier niet mogelijk zijn. Het doordeweekse leven bestaat hier eigenlijk alleen maar uit werken, reizen, eten en slapen. Wat je hier in het weekend moet doen als er geen bezienswaardigheden meer te bezoeken zijn, zou ik eigenlijk ook niet weten. Toch weer een eind reizen om een plaats te bereiken waar het een aangenaam verpozen is? De collega’s gaan regelmatig naar hun familie in het weekend. Die van collega Narayan woont het dichtst bij: slecht zes uur reizen. Loveleen is veertien uur onderweg en de familie van Rahul en Ankit woont in Delhi respectievelijk Agra, dat is dus altijd een vliegreis.
Na een laatste afscheidssessie op het werk ga ik nog met een paar collega’s naar hun stamcafé, zodat ik eindelijk nog kan kennismaken met het Indische bier, want daar was het tot nu toe niet van gekomen. Zo komt er in een klein gezelschap nog een heel gezellig einde aan mijn inzet hier.
Om negen uur ga ik dan weer naar het hotel. Dat betekent voor Ismail waarschijnlijk dat hij niet voor middernacht thuis is, dat vind ik dan wel weer vervelend. Maar ik heb het idee, dat je hier wordt geacht niet over dat soort dingen na te denken.
Za 19 dec
Vandaag maar eens wat langer in bed blijven liggen, want ik voel me nog steeds niet helemaal 100%. Als ik morgen thuis ben, zal het wel niet veel beter zijn na de reis. Na het ontbijt maar eens rustig de koffer zo economisch mogelijk volgepropt, want er moeten nu ook nog een paar souvenirs en een cadeautje van de collega’s bij.
Daarna even op internet gekeken wat er zoal in Nederland gebeurt, want daar heb ik me hier niet zo erg mee beziggehouden. Het blijkt dat er morgen vlakbij Paterswolde een kleinschalige marathon gepland stond, maar die gaat niet door omdat er -volgens de website van de organisatoren- 25 centimeter sneeuw is gevallen. MO-collega Gerik Mik heeft begin deze maand in Maleisië nog even een marathon gelopen. Midden in de nacht, maar het schijnt toch nog vrij warm te zijn geweest. Mijn hoofd staat momenteel even niet naar het lopen van een marathon. Gelukkig maar, anders was het wel jammer geweest dat ik hier niet een maand later naar toe was, om deel te kunnen nemen aan de Mumbai Marathon. Gisteren zag ik bij een mij onbekende collega een startnummer opgeprikt in de cubicle. Het bleek dat ze hier vorig jaar de halve had gelopen. Helaas vergeten te vragen waar ze hier traint.
Sinds mijn knieproblemen ben ik één keer gaan skeeleren. Ik kan me niet meer herinneren of het daar beter van werd, maar in elk geval ook niet slechter. Dus misschien moet ik morgen maar eens mijn schaatsen uit het vet halen. Tenminste, als ik ze vorig jaar heb ingevet, maar ik ben wel eens wat slordig met die dingen. Hoe dan ook zal ik wat schaatstraining moeten doen, want ik ben weer eens ingeloot voor de Elfstedentocht. Met het huidige weer zal daar inmiddels vast wel weer volop over gespeculeerd worden.
Na het diner kan ik verder niets anders meer doen dan afwachten tot het tijd wordt om met de taxi naar het vliegveld te gaan.
Zo 20 dec
Op het vliegveld van Mumbai heeft elk toilet twee man personeel: ik mag nog wel zelf mijn gulp open en dicht doen, maar na het handenwassen trekt de één de papieren handdoekjes voor me uit de houder, terwijl nummer twee de afvalbak voor me opendoet als ik klaar ben. Kennelijk een laatste poging om me gek te krijgen.
Als ik hier nog langer zou moeten blijven, zou ik misschien nog wel kunnen leren omgaan met dit soort hinderlijke dienstverlening en het daaraan verbonden vragen naar fooien, maar er aan wennen zal ik nooit. Afgezien van dit soort randverschijnselen is India mij gebleken een vrij gewoon land te zijn. De zeker aanwezige culturele verschillen met Nederland vallen in eerste instantie natuurlijk het meeste op, maar je moet dat soort verschillen daarom niet meteen uitvergroten tot kenmerkend voor de hele samenleving. Als je in plaats van naar verschillen, zoekt naar overeenkomsten met Nederland, vind je die ook heel veel: ook Indiërs maken zich zorgen over zaken als het milieu, verkeersveiligheid en onderwijs.
Indiërs zijn al behoorlijk goed in security checks, op kantoor, in winkelcentra, bij toeristische attracties en uiteraard op vliegvelden, maar de echte kampioenen zijn natuurlijk de Amerikanen. En aangezien ik met een Amerikaanse maatschappij vlieg, krijgen we voor vlak voor het instappen bij de gate nog eens een herhaling van alles wat na het inchecken al eerder is gedaan: bagage scannen, fouilleren en ondervragen.
De terugreis is niet bepaald comfortabel. Het is net zo krap als op de heenreis, maar nu moet ik nog een beetje proberen te slapen en dat valt niet mee.
Op Schiphol aangekomen, denk ik dat een treinreis van slechts twee en een halfuur mij nog scheidt van Groningen, waar mijn buurman mij zal afhalen. Maar helaas is het treinverkeer opnieuw volkomen ontregeld, waardoor de reis via Utrecht moet lopen en vier uur duurt. ‘s Avonds in het NOS Journaal blijkt, dat ik daarmee nog tot de weinige gelukkigen behoor die vandaag hun bestemming konden bereiken.
Thuisgekomen kan ik meteen beginnen met sneeuwruimen.