• 20 april 2024 16:05

Ultratrimmer

Hardlopen, wandelen en soms een bergtocht

Barentsz Berenloop

okt 24, 1997
Plaats:   Terschelling
Datum:   26 oktober 1997
Website:   www.terschellingmarathon.nl
Foto’s:   Van de editie 2004.

Ter herdenking van het overlijden van de Terschellinger Willem Barentsz, 400 jaar geleden op Nova Zembla, organiseerde men dit jaar op het waddeneiland verschillende evenementen, waaronder een hele en halve marathon. Uiteraard waren er bij deze unieke gebeurtenis ook een flink aantal ATC-ers van de partij. Het unieke karakter wordt overigens in de toekomst wel iets minder, want de organisatie maakt er een jaarlijks terugkerend evenement van.

Voor de snelle aanmelders is er een gratis extra boot. Helaas is snelheid meestal niet mijn specialiteit, zodat ik ben aangewezen op de reguliere dienst. Om van de nood een deugd te maken, heb ik besloten er daarom ook maar twee overnachtingen aan te spenderen, zodat ik me op de dag zelf niet hoef te haasten. Zodoende heb ik gelukkig ook voldoende tijd om mijn maag en hoofd weer wat tot rust te laten komen na de woelige overtocht.
‘s Avonds verken ik nog even het dorp Terschelling-west. Bijna alles ademt hier rust en vakantiesfeer. Naast het hotel staat echter een kerk, waarvan de klok mij er elk halfuur op luidruchtige wijze aan herinnert, dat toch ook hier de tijd niet stilstaat. Paniek: ik heb m’n oordoppen niet bij me. Gelukkig doet het potentiële martelwerktuig er na 23:30 uur er het zwijgen toe; men doet hier alles om zijn gasten te behagen, in dit geval waarschijnlijk niet zonder enig eigenbelang.

Na de start wordt over het eerste stuk, in het dorp, de richting aangegeven door afdrukken van een paar enorme berepoten (groter dan van een grizzly). Kennelijk is er eentje ontsnapt van Nova Zembla. Over voornamelijk geasfalteerde en vlakke fietspaden voert de route aan de zuidkant van het eiland naar Oosterend op ongeveer 15 km, daarna gaan we via licht glooiende – maar goed te belopen – schelpenpaadjes een stukje door het prachtige natuurgebied de Boschplaat. Over verschillende soorten plaveisel gaat het dan aan de noordkant weer richting West. Op 35 km wordt de lopers ter afwisseling nog zo’n 2,5 km strand voorgeschoteld en op het laatste stukje naar de finish kunnen de deelnemers zich voorbereiden op de eindsprint, door nog wat extra zuurstofrijke boslucht op te snuiven. De route van de ‘halve’ valt grotendeels samen met die van de ‘hele’, zij het dat er halverwege een stukje afgesneden mag worden.
Elke 5 km zijn er sponsen, water en stukjes sinaasappel. Soms staat men een beetje kort op elkaar, zodat je dan bijna handen te kort komt om de spullen achterelkaar aan te pakken. Vooral aan de voet van het duizelingwekkend steile duin, bij de entree op het strand, kost dit mij moeite.
Het publiek langs het parcours is niet groot in aantal, maar dit wordt ruimschoots gecompenseerd door het getoonde enthousiasme; hier en daar wordt er zelfs muziek gemaakt. Zowel het parcours als het weer – ongeveer 10 graden, af en toe een beetje regen, vrijwel geen wind – lijken mij alleszins redelijk, maar ik begrijp dat daar verschillend over wordt gedacht door de deelnemers.

Ik sta op met een hartslag van 38, dat geeft de lopende burger alvast een beetje moed. Op weg naar de start tref ik de gratis gevaren ATC-ers. Als ik denk dat het hoog tijd is om te gaan inlopen, wijst iemand mij erop dat de start pas na ruim een uur is; omdat die stomme kerkklok het niet deed, heb ik helemaal niet gemerkt dat we afgelopen nacht weer zijn overgegaan op wintertijd! Als het dan eindelijk zover is, worden we eerst toegesproken door Willem Barentszoon himself, dan wel zijn reïncarnatie. Volgens hem is het berezwaar. O, noemen ze het daarom de ‘Barentsz Berenloop’. Met een daverend startschot uit een oud scheepskanon gaan de lopers voor de hele Marathon op weg. De deelnemers aan de ‘halve’ mogen pas na 15 minuten op dit sein reageren.
Ik begin rustig, ik moet een beetje rekening houden met m’n achillespeesjes, maar kom na 15 km warmdraaien iets meer op gang. Op de Boschplaat geniet ik van het grandioze uitzicht, waarin in de verte allerlei witte en gekleurde stipjes zichtbaar zijn, die vrijwel allemaal heel langzaam steeds dichterbij komen. Het loopt nog lekkerder als ik af en toe bij het passeren ook nog wat gehijg en gepuf hoor. Eén van de gepasseerden weet mij zomaar bij mijn naam te noemen, ik wist niet dat ik zo bekend was; het blijkt een mede-ATC-er uit Haren te zijn. Op het strand krijgen we eerst een vrij mul stukje, wat mij even dwingt door mijn mond te gaan ademen. Later op het vlakke stuk zand gaat mijn mond weer open, maar nu van verbazing, want ik meen mijn clubgenoot met nummer 13 te ontwaren, die normaal gesproken ruimschoots vóór mij bij de finish zou moeten zijn. Je zou er bijgelovig van worden. In het voorbijgaan voeg ik hem toe dat het met mij wel lekker gaat en met hem zo te zien niet zo goed. Als na de finish mijn hersenen weer een beetje normaal functioneren, besef ik met enige gêne dat je in zo’n situatie behoort te zeggen: ‘volhouden, het is nog maar 6 km!’. Excuses!
Weliswaar heb ik niet zo rustig gelopen als ik me had voorgenomen, toch heb ik me niet echt uitgesloofd. Daardoor kan ik bij de eindstreep nog net even mijn achillespezen mishandelen met een eindsprint, die ik inzet op het moment dat iemand vlak voor mij gaat versnellen. Deze reflex levert mij drie plaatsen winst op en 1½ uur pijn.

Bij de finish wacht ons als beloning een T-shirt en een enorme medaille met een ietwat klein uitgevallen lintje, gevolgd door een koude douche. Dat laatste zowel letterlijk als figuurlijk, want verder was de organisatie vrijwel perfect. Zelf stel ik het douchen wijselijk maar uit tot ik weer in het hotel ben, maar de mensen die met de gratis boot meemoeten …, tja. Om weer wat op temperatuur te komen, eten we met een klein groepje in restaurant ‘Zeezicht’ nog een kop snert met stukjes ‘Bargekop’ (als ik het goed heb verstaan). Daarna gaan mijn mede-ATC-ers naar hun gratis boot en ik naar mijn warme douche in het hotelletje.

Er waren totaal ongeveer 800 lopers, waarvan er 40 uitvielen. Van de laatste waren er maar 15 ‘echt’, de rest bestond uit niet-lopers, die gewoon een goedkoop dagje Terschelling hadden. De snelste man en vrouw liepen op de ‘hele’ 2:39:37 respectievelijk 3:05:31, op de halve 1:12:54 respectievelijk 1:18:56.
Volgend jaar denkt de organisatie zo’n 1500 lopers te kunnen laten deelnemen, de jaren daarna maximaal 3000. De volgende ‘Barentsz Berenloop’ wordt begin november 1998 gehouden; houd dit in de gaten en zorg dat je deze beregezellige loop niet (weer) mist.

Gepubliceerd in ‘ATC actueel’, november 1997.